Opdracht 3

 

Oom ko pakt zijn dagboek er weer bij en begint te vertellen:

 

Zondagmorgen 1 februari

Op die zondagmorgen begin ik een klein beetje te beseffen hoe groot de ramp eigenlijk is. Het waait nog steeds hard en mijn vader begrijpt dat er nog van alles kan gebeuren en dat we zeker nog niet veilig zijn. Op dit moment is het eb, maar in de middag zal het weer vloed zijn en hoe hoog zal dan het water komen? Hij besluit dat we naar het gemeentehuis zullen gaan. Dat is een centraal punt in het dorp en tevens het hoogste punt van het dorp.

 

Zondagmiddag 1 februari

In het gemeentehuis is het een drukte van belang. Op de eerste etage heb ik een uitzicht over het gehele dorp en dan besef ik pas de omvang van de ramp. Overal waar je maar kan kijken water en nog eens water. Er hang een verdrietige sfeer. Er zijn mensen in het gemeentehuis die onzeker zijn over het lot van hun familie.Er zijn ook mensen die het lot van hun familie bijna zeker weten, maar nog steeds hopen. Er zijn mensen die het lot van hun familie zeker weten en niet meer hopen. Er is geen hoop meer.

Hoe het kwam weet ik niet, maar eten was er,voor  zover ik me kan herinneren, wel. Drinken was een ander geval. We hadden ongeveer 12 uur al geen drinken meer gehad. Wat ik me nog goed kan herinneren was, dat ik van Dominee Enkelaar een boterham kreeg met rookvlees. Dit was natuurlijk goed bedoeld, maar je kreeg er zo’n dorst van.

Na het eten (en misschien ook voor het eten, dat herinner ik me niet meer zo) gaat Dominee Enkelaar bidden om de mensen toch nog troost en hoop te geven. Ondertussen is het weer vloed geworden en ook het gemeentehuis staat rondom in het water. Ik kijk van de eerste etage naar beneden en zie niets dan water, ingestorte huizen en een hoop wrakhout.

 

Zoals jullie tot nu toe gezien hebben  is de watersnoodsramp van 1953 een van de grootste rampen die Nederland heeft meegemaakt. De gevolgen van deze ramp zijn daarom ook  enorm geweest. Veel mensen kwamen als gevolg van deze ramp te overlijden of raakte dakloos en werden behoorlijk berooid achtergelaten door het water. Veel vee kwam om het leven tijdens de watersnoodramp en vele boerderijen en gebouwen waren kapot of zwaar beschadigd.

 

a. Wat waren de gevolgen  van de watersnoodsramp van 1953 op maatschappelijk en economisch geied.  Leg dit voor elk onderwerp uit in minstens 7 zinnen.

b. Hoeveel mensen overlijden als gevolg van de ramp?

c. Wat was de rol van de overheid bij deze ramp?

d.Hoe zou het komen dat de vruchtbare landbouwgrond lange tijd onbruikbaar zou zijn?

 

 

Bekijk het onderstaande filmpje.



Zoals je in het filmpje hebt kunnen zien werden de mensen overal opgevangen en er werd zowel binnenlandse en buitenlandse hulp verleend.

 

f. Noem 3 plekken waar de mensen werden opgevangen.

g. Wat wordt verstaan onder buitenlandse hulp en welke landen hebben hulp verleend?

h. In het filmpje hebben ze het over het rode kruis, wat is dit voor organisatie en wat doen zij, waar staan zij voor?

i.Wat hebben zij gedaan voor de nederlanders die ten prooi vielen aan de watersnoodramp?

j. Welke hulpmiddelen werden gebruikt om de mensen te redden?