Opdracht 5
Hoewel het al vele jaren geleden is, is oom Ko aanzienlijk aangedaan door wat hij vertelt. Nadat hij en zijn familie veilig in het gemeentehuis waren aangekomen was het verhaal nog lang niet afgelopen. Met een zwaar gemoed begint oom Ko te vertellen over dag dagen na de storm....
Nadat we veilig in het gemeentehuis waren aangekomen gingen we na enkele dagen aan boord van het binnenvaartschip van Dies Dane. Het ruim lag vol met stro en veel mensen hadden een eigen hoekje gemaakt. Ik hoor het geronk van vliegtuigen. De vliegtuigen hebben bepaalde dingen gedropt. Mijn vader kwam terug met broden en ontsmettingstabletten. De ontsmettingstabletten waren bedoeld om van zeewater drinkwater te maken. De dorst is groot, dus we probeerde het maar. Het resultaat was niet bepaald bijzonder. Aan boord bevond zich ook een onderwijzer van de lagere school. Hij had een hondje en ik weet nog goed dat we het ontsmette water eerst bij het hondje uitprobeerden. Hij of zij moest er niets van hebben. Inmiddels vertrekken we uit de haven van Stavenisse, met als eerste doel de haven van Bruinisse. Het waait nog steeds hard. Regen- en hagelbuien wisselen elkaar af. Er gaan geruchten dat de boot wel eens door de harde stroming de polder ingesleurd kan worden. Het valt gelukkig allemaal mee.
We zijn in Dordrecht aangekomen. Het is een drukte van belang. Verpleegsters en verplegers vangen ons op. We worden direkt naar een ziekenhuis gebracht. Ik krijg daar gelijk een gloeiende beker melk. De dorst is zo groot dat ik gelijk mijn mond verbrand. Vanuit Dordrecht gaan we met de trein naar Rotterdam. Daar wonen twee ooms en enkele neven en nichten van mijn moeder. Het doel van de reis is een oom van mijn moeder die een winkeltje heeft in Rotterdam Centrum. Het is een levensmiddelenwinkeltje annex “waterstokerij”. Bij aankomst maken mijn broer en ik gelijk een literfles limonade leeg. We blijven daar een paar nachten.
Een neef van mijn moeder heeft een melkwijk in Rotterdam Zuid en die vraagt bij verschillende klanten of ze mensen uit het rampgebied kunnen en willen opnemen.Dit resulteert uiteindelijk in een adres in de Dordtselaan. Vooraan in de Dordtselaan, vlakbij de Pleinweg; dhr. Van Ladesteyn, Van Ladestijn of een variant daarvan. Een prachtmens. Hij doet helemaal niet moeilijk maar zegt gelijk: “Laat ze maar komen”. Hij woont in een etagewoning en wij krijgen de slaapkamers om in te wonen en te slapen. Waar hijzelf en zijn vrouw en dochter slapen, ik weet het niet. Hij is leraar aan een openbare school. Hij heeft dan ook geregeld dat mijn broer en ik daar naar school kunnen. Wij gaan daar ongeveer een halfjaar naar school, voordat wij in juli terug kunnen naar Stavenisse.
|
In het huis bij de rode pijl woonde ik. Bij (X) heeft het kippenhok gestaan |
Zoals je hebt kunnen lezen is oom Ko een half jaar bezig geweest voordat hij weer terug kon naar zijn eigen vertrouwde omgeving. Moet jij je eens voorstellen. Een half jaar van huis met je hele familie, zomaar intrekken bij een vreemd gezin. Je moet je kamer delen met de rest van de familie en bent al je eigen spulletjes kwijt. De ramp heeft op deze manier ook heel veel invloed gehad op het persoonlijk leven van de mensen.
a. Hoelang duurde het voordat al het overstroomde land weer droog was en de gaten in de dijken weer dicht waren? (klik op de animatie)
b. Wat was er nodig om nog zo een ramp in de toekomst te kunnen voorkomen?
c. Wat was de naam van het plan om het gebied veilig te maken?
d. Wat waren de belangrijkste onderdelen van dit plan?
e. Was iedereen blij met dit plan? Leg je antwoord uit.
f. Blijft het gebied nu ook in de toekomst veilig?